Een warme familie
Kort geleden is “tante Paula” gegaan, net geen 87. Met nonkel Jan had ze tien kinderen, waarvan één dochter vroegtijdig is gestorven. De negen kinderen zijn allen gehuwd en hebben allen samen negentien kinderen, haar kleinkinderen dus. Van deze negentien kleinkinderen zijn er vijftien gehuwd. Negen van hen hebben op hun beurt kinderen. Zo heeft tante Paula veertien achterkleinkinderen. Tijdens de afscheidsviering werd ze dan ook aangesproken met “make”, “bomma” en “bonnietje”.
Zij was een fiere, mooie en sterke vrouw. Nonkel Jan was haar grote liefde -ook al had die regelmatig een relatie met een andere vrouw. Hoe tante Paula dit een plaats gaf, weten we niet zo goed – en het is ook niet onze zaak. De kinderen hebben het hun vader tot nu toe niet vergeven. Ook al was hij zelf aanwezig op de plechtigheid, zijn naam werd niet vernoemd.
Velen schoven aan bij de koffietafel. Zoveel kinderen en kleinkinderen. Zelf had ze dan nog twee broers uit het eerste huwelijk van haar vader en vijf halfzussen uit zijn tweede huwelijk, allen vergezeld van hun partner en een aantal van hun kinderen. En ook de familie van nonkel Jan en nog buren en familievrienden waren daar. Wat een gezelschap. Met een grote foto stond tante Paula op een schildersezel aan de tafel van de kinderen te prijken.
Mijn vrouw en ik hadden de meeste van hen jaren niet meer gezien. Wat ons het meest trof was hoezeer haar zonen op elkaar waren gaan lijken. Dezelfde structuur van gezicht, dezelfde glimlach, onder een haardos die bij de ene al wat grijzer was dan bij de andere. Een van deze mannen stond op en vroeg de aandacht. “Ik ga het kort houden, zei hij, ik wil u enkel een applaus vragen voor ons moeder. Zij was een grote madam”. En heel de zaal begon in de handen te klappen, en heel spontaan ging iedereen recht staan. Een staande ovatie, inderdaad, als eerbetoon aan een “grote madam”. Daarna werd er gegeten en vooral gepraat, uitgewisseld, anekdotes opgediept, verhalen verteld. Mensen zochten elkaar terug op.
“Uit wat een warme familie kom jij toch, fluisterde ik in mijn vrouw haar oor, zo’n goeie warme mensen, en echt nog familie”. Zelf had ik dat nooit zo intens ervaren. We bleven heel wat langer dan vooraf gedacht. Dit had ons goed gedaan.
“Make, bomma en bonnietje” is niet meer. Zij is nu aan de overkant. Zij heeft vele mensen achtergelaten, maar heeft er nog meer teruggevonden. Dit is een recent inzicht voor me. Al die generaties van ouders en grootouders die het leven aan ons hebben doorgegeven, wat een massa moet dat zijn. Zo staan er veel meer mensen achter ons, dan voor ons. Zij gaven het leven door, helemaal, in zijn complete totaliteit. Met alles wat erbij hoort: de warmte, en ook de koude, de levenskracht en de remmende patronen als onrust, daderschap schuld en schaamte, gekte, ziekte, beelden van niet leven en dood. Hoop, geloof, devotie, liefde, diep rust en vrede. Alles is er. Wat lang geleden zijn oorsprong vindt, leeft en woedt vandaag in ons. Soms helder als sterren in een wolkeloze nacht, soms verdoken en gemaskeerd.
We danken onze (voor)ouders en buigen voor hun lot en we erkennen de prijs die zij voor het leven hebben betaald. We geven hen een warm applaus. Zo nemen we in waardigheid ons eigen leven op, en betalen op onze beurt de prijs die er ook voor ons bij hoort, die aan ons wordt gevraagd.
Wie het eigen leven in handen wil nemen, een passende prijs betalen – zonder ongepaste offers te brengen voor een onbekende ander, wie het ook mag zijn – en zo zijn (voor)ouders eer aan doen, die kan terecht voor een innerlijke beweging, door middel van een familieopstelling. Als inbrenger en/of als representant. Van harte welkom.
We werken op de zaterdagen 23/2, 23/3, 20/4, 25/5 en 29/6. Geef ons een seintje als je erbij wil zijn.
Een reactie achterlaten